Bericht van de predikant: volhouden

Lieve gemeente

“Houd vol”, dat hebben we onze minister-president in de laatste tijd vaak horen zeggen. Hij zei dat we het goed deden met zijn allen, de regels goed in acht nemen. Maar we moeten nog geduld hebben, het is nog niet voorbij, houd vol.

Volhouden, geduldig zijn. Is dat niet wat christenen als sinds duizenden van jaren doen? Als we naar Jezus luisteren die zei dat het koninkrijk van God nabij is, dat zijn apostelen niet zouden sterven voordat het koninkrijk aanbreekt en Jezus als de Christus terugkomt. En als we Paulus lezen, ook hij was ervan overtuigd dat het een kwestie van dagen is tot de wereld opnieuw wordt geschapen door God. Alles was slecht was wordt goed, de rechtvaardigen die in de verdrukking zijn geweest en pijn hebben geleden zullen in ere hersteld worden. Ook voor Paulus persoonlijk zal dat een veelbelovend vooruitzicht zijn geweest. Hij die keer om keer opgesloten zat vanwege zijn verkondiging en zijn verspreiding van het evangelie.

Maar ja, wij wachten nog steeds. Nog steeds leven wij in een wereld die wacht op voleinding, een wereld waarin nog zo veel niet perfect, onrechtvaardig en oneerlijk is. Een wereld die ons pijn en verdriet kan bezorgen, naast geluk en blijdschap.

Is dat wat wij in de Bijbel lezen daarom minder krachtig? Moeten we concluderen dat als het in tweeduizend jaar niet is gebeurd het ook niet meer zal gebeuren? Kunnen we dus ook weggaan van God, niet meer luisteren naar Jezus, naar de Bergrede en naar zijn gelijkenissen?

Ik denk het niet. Houd vol, zou ik zeggen. Blijf op zoek naar je naaste en blijf je hart openhouden voor elkaar.

Ook Paulus heeft deze bemoediging opgeschreven in zijn brief aan de gemeente in Rome. De Herziene Statenvertaling geeft zijn advies voor alle christenen in korte en bondige woorden weer: Verblijd u in de hoop. Wees geduldig in de verdrukking. Volhard in het gebed. (Rom 12 : 12).

Ik hoop dat u gezond blijft en wens u van harte Gods zegen toe.

ds. Pascal Handschin

Reacties plaatsen is niet mogelijk.